Treinreizigers ervaren minder stress dan wie met de auto naar het werk pendelt. Ook hebben ze minder vaak overgewicht en zijn ze over het algemeen een stuk gezonder. Dat blijkt uit een studie van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
Omdat treinreizigers vaak met de fiets naar het station gaan en ook nog een eindje wandelen naar het werk, bewegen ze veel meer dan iemand die enkel in de auto stapt. Uit het onderzoek van het RIVM blijkt dat treinreizigers gemiddeld zo’n 8 tot 33 minuten meer wandelen per dag en 2.000 stappen extra afleggen dan wie met de auto naar het werk gaat. De treinpendelaars komen ook vier keer zo snel aan de minimaal 10.000 stappen per dag.
Dat zorgt ervoor dat ze minder vaak overgewicht hebben, wat de kans op onder andere diabetes verkleint. Ze hebben ook minder vaak een verhoogd cholesterolgehalte en een verhoogde bloeddruk.
Automobilisten ervaren doorgaans ook meer stress, al staat daar wel tegenover dat treinreizigers iets meer kans maken om besmet te worden met een infectie omdat ze in coupés zitten met veel andere mensen. Wel stellen de onderzoekers dat het verschil klein is, omdat je nog altijd thuis of op het werk de meeste kans hebt om een infectie op te lopen. Daar bovenop bouwen pendelaars die meer dan drie keer per week het openbaar vervoer nemen juist meer weerstand op.
Wie met de trein reist ervaart over het algemeen ook minder stress, slaapt beter en is minder vermoeid doorheen de dag. Wel wordt een lange reistijd, zowel voor automobilisten als treinreizigers, gerelateerd aan een verhoogd stressniveau. Vertraging, temperatuur, files en onvoorspelbaarheid van de reis spelen daarbij een belangrijke rol. Wie echt gezond wil zijn en vrolijk aan zijn dag wil beginnen, woont dus best zo dicht mogelijk bij het werk en wandelt of fietst daar naartoe.
(Bron: Het laatste nieuws)